Loop mee met Marcus (Deel 1)Voorbeeld

Loop mee met Marcus (Deel 1)

Dag 10 van 10

Jezus’ levensveranderende goedheid

Wanneer we achter Jezus aan gaan, zal Hij ons steeds opnieuw verrassen door zijn woorden en zijn acties. Neem nu het moment dat Hij Levi roept om Hem te volgen.

Ze kunnen het zich nog goed herinneren, Petrus, Andreas, Johannes en Jacobus: die dag, waarop Jezus Levi riep om Hem te volgen. Ze moeten toegeven dat ze totaal geschokt waren. Levi was namelijk een tollenaar: hij inde de belastingen voor de Romeinse bezetters. Als een volksgenoot de centen ophaalt voor de vijand is dat ronduit verwerpelijk. Alsof dat nog niet erg genoeg was, hanteerde Levi een opslag. En die verdween rechtstreeks in zijn eigen zakken. Leuker kon hij het niet maken, wel makkelijker. Voor zichzelf dan, natuurlijk. En uitgerekend zo’n oplichter werd door Jezus uitgekozen om een van zijn leerlingen te worden! Niet dat zij zelf altijd alles helemaal volgens het boekje deden. Maar ze waren tenminste wel eerlijk. En ze wisten wie hun vijanden en wie hun volksgenoten waren. Wie er bij hoorden en wie niet.

Petrus had ‘m al aan voelen komen, toen Jezus stilhield bij het tolhuis. Toch kon hij zijn oren niet geloven, toen hij Jezus hoorde roepen naar Levi: ‘Volg mij!’ Levi liet meteen zijn collega’s en al zijn geld achter zich, en voegde zich bij het groepje leerlingen. Echt hartelijk werd hij niet door hen begroet… Tot overmaat van ramp, werden Jezus en zijn leerlingen uitgenodigd voor Levi’s afscheidsfeestje. Kun je je voorstellen: gezellig dineren in een rovershol?

Jezus nam de uitnodiging nog aan ook. Hij had er blijkbaar geen moeite mee om aan tafel te gaan met openlijke zondaars. De vier kersverse volgelingen van Jezus hadden zich nogal opgelaten gevoeld. Ze deden hun best om zich af te sluiten voor het ongepaste taalgebruik, de stoere verhalen over ‘zakelijke successen’ en de openlijke avances van sommige vrouwelijke gasten.

‘Toevallig’ kwamen er Farizeeën langs het huis van Levi gewandeld. Ze hadden de leerlingen van Jezus snel herkend. Hun vraag galmde over de straat: ‘Waarom eet uw meester met tollenaars en zondaars?’ De Farizeeën verwoordden precies wat de leerlingen voelden. Wat Jezus deed, kon eigenlijk helemaal niet. Samen met iemand eten was dé manier om te laten zien: wij horen bij elkaar. Een oprechte Jood zou daarom nooit met niet-joden eten, en zeker niet bij hen thuis. Je bleef ook uit de buurt van openlijke zondaars. Je wilde op geen enkele manier met hen in verband worden gebracht. Zeker niet als je jezelf een ‘leraar van de wet’ liet noemen. Dan moest je helemáál het goede voorbeeld geven.

Op de vraag waarom rabbi Jezus ervoor koos om wél een feestje te vieren met tollenaars en andere zondaars, moesten zijn leerlingen het antwoord schuldig blijven. De vier Joodse mannen waren waarschijnlijk net als de Farizeeën bang voor verontreiniging. Ze konden misschien niet wachten tot het feest afgelopen was. En dan had Jezus een van die tollenaars ook nog opgeroepen om zich bij hen aan te sluiten! Het zou voor hen dus niet bij deze ene maaltijd blijven. Hadden de vissers dáárvoor alles opgegeven?

Met wie in deze geschiedenis voel jij je het meest verwant? Herken je je in de openlijke zondaars en voel je het ongemak van Jezus’ volgelingen en de veroordeling van de Farizeeën? Of kun je je juist goed verplaatsen in de vier eerste leerlingen van Jezus en ken jij ook mensen met wie je liever niet omgaat? In hoeverre voel jij je beter dan anderen, terwijl je eigenlijk wel weet dat je op je eigen manier tekortschiet in wat God van je vraagt?

Een aantal jaar geleden kreeg ik pijn in mijn buik. Eerst negeerde ik het: het zal vanzelf wel overgaan, dacht ik. De dagen erna zwakte de pijn af en ik dacht: zie je wel, niets aan de hand. Toen de pijn terugkwam, nam ik pijnstillers, maar de pijn werd steeds erger. Ik wilde het niet toegeven, had helemaal geen zin in medische toestanden. Midden in de nacht hield ik het niet meer uit. Ik heb de huisartsenpost gebeld. Ik wilde niets liever dan onmiddellijk geholpen worden. Ik moest naar het ziekenhuis komen. Na lang wachten en heel veel intakegesprekjes bleek ik een blindedarmontsteking te hebben. De volgende morgen werd ik geopereerd. Wat was ik blij met de verplegenden, dokters en de chirurg! En met mijn buurman, die me midden in de nacht naar het ziekenhuis heeft gebracht!

‘Gezonde mensen hebben geen dokter nodig’, zegt Jezus in Marcus 2 vers 17. Als je gezond bent, vraag je niet om hulp. Pas als je zelf iets mankeert, voel je dat je het alleen niet redt. De meeste mensen denken dat het met hen wel goed zit als het gaat om hoe je hoort te leven. Ze vergelijken zichzelf met anderen en menen dat ze het helemaal zo slecht niet doen. Ze hebben niemand beroofd, verkracht of vermoord. Ze zijn nog nooit gearresteerd, weten niet hoe het is om in een gevangenis te verblijven. Ze denken daarom dat ze geen redder nodig hebben.

De vier volgelingen van Jezus die met Hem op het afscheidsfeestje van Levi zijn, denken waarschijnlijk precies zo. De andere genodigden – ja, die! Dat zijn de échte zondaars. Zíj hebben het nodig om zich te bekeren. Zij moeten berouw tonen en vergeving vragen aan God en mensen. De Farizeeën zijn zo mogelijk nog meer overtuigd van hun eigen rechtvaardigheid. Ze kennen alle 613 religieuze voorschriften uit hun hoofd. En ze doen precies wat de wet van hen vraagt. Wie zou hun nog iets moeten leren? Waarom zouden zij een redder, een verlosser nodig hebben?

Jezus zoekt de mensen op die niet kunnen ontkennen dat ze Gods wetten overtreden. Het is voor iedereen zichtbaar. Niemand hoeft hen ervan te overtuigen dat ze zondaars zijn. Ze zijn als zieken voor wie het zonneklaar is dat ze een dokter nodig hebben. Zoals ik wanhopig op zoek was naar hulp, toen ik bijna flauwviel van de pijn door mijn blindedarmontsteking.

De ‘grap’ is natuurlijk dat de vissers en de Farizeeën Jezus net zo hard nodig hebben als de openlijke zondaars. Zij maken zich weliswaar niet schuldig aan grove overtredingen, maar daarom zijn ze niet minder zondig. Hun hoogmoed en hypocrisie spreken boekdelen. Het probleem is alleen dat ze dat van zichzelf niet zien. En daardoor kan Jezus niets voor hen doen. Alleen wie beseft dat hij het zelf niet redt, kan door Jezus gered worden.

Jezus maakt geen onderscheid. Hij is bij uitstek ‘inclusief’. Hij roept visser en Farizeeër, tollenaar en zondaar. Iedereen is welkom bij de Meester. Jezus aarzelt niet om de grootste zondaars thuis op te zoeken en met hen te eten.

‘Gezonde mensen hebben geen dokter nodig, maar zieken wel; Ik ben niet gekomen om rechtvaardigen te roepen, maar zondaars,’ zegt Jezus. Hij weet waartoe Hij de mensen oproept: een nieuw leven, gericht op God. Hij weet ook dat wie Hem gaat volgen, niet onveranderd kan blijven. Zij worden aangespoord om hun oude leven achter zich te laten. Precies zoals Levi dat ook heeft gedaan, volgens Lucas.

Jezus begrijpt echter ook wat er voor nodig is om aan zijn oproep gehoor te geven. Roepen vanaf de zijlijn, zoals de Farizeeën doen, is niet zo moeilijk. ‘Hey, zondaars, jullie zitten helemaal fout! Word toch zoals wij! Wíj laten ons tenminste niet verontreinigen door jullie soort mensen!’ Dit soort roeptoeters vergroten slechts de afstand tussen ‘wij’ en ‘zij’. Ze brengen de ander geen stap dichter bij God. Alles wat zij overbrengen is veroordeling en vernedering. Jezus is niet gekomen om zondaars te veroordelen, maar om hen te redden. Daarom gaat Hij naast hen staan. Zijn liefde en aanvaarding gaan aan hun bekering vooraf.

Heb jij Jezus’ levensveranderende goedheid al ervaren? En wie kun jij daar kennis mee laten maken door hoe jij met hem of haar omgaat?

Dag 9

Over dit leesplan

Loop mee met Marcus (Deel 1)

Marcus neemt je in zijn korte evangelie mee in zijn ervaring met Jezus van Nazareth. Steeds wil hij je de vraag voorhouden wie jij denkt dat Hij is. De overdenkingen van Hans Alblas nodigen je uit om met Marcus mee te lopen, achter Jezus aan. Ze zijn eerder uitgezonden in het programma Levenswoorden op Groot Nieuws Radio. Laat je uitdagen, verwonderen en bemoedigen door Marcus en ontdek wat zijn evangelie vandaag voor jou kan betekenen.

More

We willen Evangelisch College bedanken voor het verstrekken van dit plan. Ga voor meer informatie naar: www.evangelisch-college.nl