Loop mee met Marcus (Deel 1)Voorbeeld

Bid en werk
Hoe ziet jouw gebedsleven eruit? Het is een van de vragen die ik regelmatig stel aan mensen die geestelijke begeleiding van me ontvangen. De antwoorden bevestigen mijn indruk dat veel christenen moeite hebben met bidden. Vooral het ontwikkelen van een regelmatig ritme van persoonlijk gebed kost ons vaak moeite. Onze levens zijn al zo gevuld: waar halen we de tijd en de rust vandaan? Laten we kijken naar Jezus en wat we in dit opzicht van Hem kunnen leren.
We zitten nog maar in het eerste hoofdstuk van Marcus en toch hebben we Jezus al heel actief aan het werk gezien. Hij heeft zijn eerste vier volgelingen geroepen, onderwijs gegeven in de synagoge, iemand bevrijd van een kwade geest en de schoonmoeder van Petrus genezen van zware koorts. Alsof dat nog niet genoeg is, heeft Hij de hele zaterdagavond besteed aan het genezen en bevrijden van tientallen inwoners van Kafarnaüm. Je kunt niet zeggen dat Jezus een rustig leventje leidde. Als Hij zich terugtrekt om te bidden, komen zijn leerlingen Hem alweer achterna. ‘Iedereen is naar U op zoek!’, zeggen ze tegen Hem. De druk wordt verder opgevoerd. Als Jezus zou willen, zou Hij vierentwintig uur per dag en zeven dagen per week aan het werk kunnen zijn. Velen van ons zullen zich hierin herkennen. Waar haalt Jezus dan de tijd en de rust vandaan om te bidden? Laat de woorden uit vers 35 eens goed tot je doordringen:
En 's morgens vroeg, nog diep in de nacht, stond Hij op, ging naar buiten en begaf Zich naar een eenzame plaats, en bad daar.
Jezus gaat zijn bed uit vóór de anderen dat doen. Heel vroeg in de ochtend, terwijl het nog helemaal donker is. Dat is voor Hem het beste moment van de dag voor persoonlijk gebed. En daarin staat Jezus niet alleen. Door de kerkgeschiedenis heen tot op de dag vandaag is dat steeds de ervaring geweest van mensen die hun leven hebben gewijd aan God. Het lijkt een gulden regel, een van de geheimen van een leven dicht bij God: Gebruik het eerste moment van de dag om te bidden.
Voor zijn gebed kiest Jezus een stille plek uit, waar niemand anders is. Omdat het huis van Petrus vol is met gasten, moet Hij daarvoor naar buiten. Zo belangrijk is het blijkbaar voor Jezus om alleen te kunnen zijn met God, dat Hij dat ervoor over heeft. Van Jezus leer ik dat ik de plek waar ik bid zorgvuldig uitkies. Het moet een plek zijn van stilte en afzondering, waar niemand me kan storen. De tijd met God is een apart gezette tijd, daar mag niets en niemand tussenkomen.
We weten niet wat en hoe Jezus precies gebeden heeft. Dat blijft iets tussen Hem en God. We weten wel dat Hij heel vroeg in de morgen opstaat en naar een eenzame plaats gaat, om alleen te zijn met de Vader. Wat zegt het jou dat Jezus de hoogste prioriteit geeft aan zijn tijden van persoonlijk gebed?
Jezus ervaart hoe het is als je nauwelijks een momentje voor jezelf kunt nemen. Nu bekend is dat Hij mensen geneest en bevrijdt, zal er voortdurend een beroep op Hem gedaan worden. Iederéén zoekt Hem: iedereen wil iets van Hem. Zelfs zijn eigen leerlingen begrijpen niet hoezeer Hij de tijden van gebed in stilte nodig heeft.
Voor veel van de studenten aan het Evangelisch College is dit maar al te herkenbaar. Mensen die bijvoorbeeld kiezen voor de Opleiding Pastoraal Werk zijn vaak echte doeners. Het zijn zorgzame types, die altijd klaarstaan voor de ander. Het beroep dat op hen gedaan wordt lijkt soms eindeloos: De eigen gezinsleden, familie en vrienden; mensen uit de kerk; buren en kennissen – iedereen lijkt wel iets van hen te willen! En dan komen ook nog de eisen vanuit de studie erbij. Menig student verzucht tijdens de opleiding dat er geen moment voor zichzelf overblijft.
Hoe gaat Jezus om met deze druk? Cijfert Hij zichzelf altijd helemaal weg ten behoeve van de ander? Gaat Hij in op elk verzoek om hulp? Wordt Hij geleefd door zijn agenda? Zijn antwoord op het aandringen van zijn leerlingen is duidelijk: Laten we ergens anders heen gaan, naar de dorpen hier in de omtrek, zodat Ik ook daar het goede nieuws kan verkondigen. Daarvoor ben Ik immers op weg gegaan.
Jezus is een meester in het stellen van grenzen. Hij weet dat hoe beter Hij begrenst, hoe meer ruimte er ontstaat. Ruimte om te doen wat de Vader echt van Hem vraagt. Dat betekent dus dat Hij hier ‘nee’ zegt tegen mensen die Hem nodig hebben. Hij laat ze staan bij de deur van het huis van Petrus. Sorry, maar Jezus’ tijd in Kafarnaüm zit erop. Hij weet wat zijn roeping is. De Vader wil dat Hij heel Israël doortrekt met het evangelie van Gods Koninkrijk. Elke plaats moet het goede nieuws horen. Er is geen tijd te verliezen, Jezus wil dóór.
Van Jezus leren we hoe wezenlijk het is om grenzen en prioriteiten te stellen. Juist ook in het werk voor de Heer. De nood is immers niet onze roeping, Gods wil voor ons leven is dat wel. Het is niet de bedoeling dat we geleefd worden door onze agenda: God wil dat we leven door zijn Geest.
Hoe weet je nu wat God van je vraagt? Waar wil Hij dat je je tijd, aandacht en energie aan geeft? Jezus kwam daar achter door zijn tijden alleen met de Vader. Wat Hij de Vader zag doen, dat deed Hij. Wat de Vader tegen Hem zei, dat sprak Hij. Waar de Vader Hem naartoe leidde, daarheen ging Hij. Opnieuw geeft Jezus ons een voorbeeld om na te volgen: bid en werk. In die volgorde.
Schrift
Over dit leesplan

Marcus neemt je in zijn korte evangelie mee in zijn ervaring met Jezus van Nazareth. Steeds wil hij je de vraag voorhouden wie jij denkt dat Hij is. De overdenkingen van Hans Alblas nodigen je uit om met Marcus mee te lopen, achter Jezus aan. Ze zijn eerder uitgezonden in het programma Levenswoorden op Groot Nieuws Radio. Laat je uitdagen, verwonderen en bemoedigen door Marcus en ontdek wat zijn evangelie vandaag voor jou kan betekenen.
More
We willen Evangelisch College bedanken voor het verstrekken van dit plan. Ga voor meer informatie naar: www.evangelisch-college.nl