Rijkdom en armoedeSample

Verwacht het niet van rijke mensen

“Een rijke heerst over armen, en wie leent, wordt slaaf van de uitlener.” (Spreuken 22:7 HSV)

Rijkdom en armoede maken onderdeel uit van de persoonlijke ethiek. Jakobus waarschuwt in zijn brief de christelijke gemeente dat ze de ander zonder voorkeursbeleid moeten behandelen. Want zo werkt het in de praktijk vaak wel. De rijke ziet men staan, ontvangt men beleefd. Hij krijgt een plaats vooraan in de kerk, maar de arme laat men achteraan zitten. Naar hem kijkt men niet om. Zo hoort het niet te gaan in de kerk. Dat gedrag is een christen onwaardig.

Ook in Spreuken lezen we iets dergelijks. Daar gaat het over onze omgang met geld. Ligt het niet meer voor de hand om te investeren in een goed lopend vermogensfonds en minder in het weggeven aan de ander? Er zijn rijke diaconieën genoeg die zich geheel los van de christelijke praxis het hoofd hebben gebogen hoe ze met hun rijkdommen moeten omgaan.

Deel je geld met de armen en kijk vooral uit om met je goederen de rijke te dienen. Realiseer je dat bezit iets is wat je zelf van God gekregen hebt. Verwerf het niet ten koste van de ander, en gebruik het ook niet als smeergeld om de rijke voor jouw eigen plan te winnen. Leef zoals je zelf behandeld wilt worden, zegt Jezus. Dat geldt ook voor de portemonnee. Hoedt je ervoor beslissingen te nemen die je uitsluitend neemt omdat ze in je voordeel zullen werken.