Door het boek Handelingen 1 met Paul Visser Voorbeeld

Handelingen 1:15-26

Terwijl de discipelen samen met een heel aantal anderen bij elkaar zijn om te wachten op de Geest, komt Petrus ineens in actie, want er is een lege plek. Judas, die Jezus verraden heeft, is niet meer onder hen. En Petrus zegt: die lege plek moet worden opgevuld voordat de Geest wordt uitgestort.

Waar Petrus dat precies vandaan haalt? Ik weet het niet, maar het is wel een logische gedachte. En Petrus is altijd een beetje de man geweest die het voortouw nam. Dus ja, ook hier zie je opnieuw datzelfde karakter.

Het is een vrij lang verhaal vanuit Handelingen 1, vanaf vers 15. Je moet het zelf maar even doorlezen. Ik lees vanaf vers 21. Daar zegt Petrus het volgende:

'Het is dus nodig dat een van de mannen die met ons omgegaan zijn gedurende heel de tijd dat de Heere Jezus onder ons in- en uitging, te beginnen met de doop van Johannes tot op de dag waarop Hij van ons opgenomen werd, met ons getuige wordt van Zijn opstanding.
En zij stelden er twee voor: Jozef, die Barsabas heette, die ook Justus genoemd werd, en Matthias.
En zij baden en zeiden: U Heere, Kenner van het hart van allen, wijs van deze twee er een aan, die U uitgekozen hebt om deel te krijgen aan deze bediening, namelijk aan het apostelschap, waarvan Judas afgeweken is om naar zijn eigen plaats te gaan.
En zij wierpen hun loten en het lot viel op Matthias; en hij werd met instemming van allen aan de elf apostelen toegevoegd.'
(Handelingen 1:21-26, HSV)

Ik zei het al, een logische actie, dat die lege plek weer wordt ingevuld. Toch, tegelijk, kun je je afvragen: was dit nu de bedoeling? Is dit toch niet meer iets van Petrus dan dat het iets van Jezus is? Want waarom heeft Hij het niet gezegd: zorg dat die lege plek vervuld wordt voordat Ik Mijn Geest uitstort?

Nee, je kunt het niet gelijk fout noemen, maar je kunt je wel afvragen: doet Petrus hier goed aan?

Er wordt een tweetal opgesteld, en vanuit dat tweetal wordt er dan één aangewezen. En iedereen is het erover eens: die moet het worden.

Iemand die van begin af aan mee opgetrokken is, die getuige is geworden van de opstanding, die moet nu de lege plek van Judas opvullen en mede-apostel worden.

Het aparte vind ik dat Jezus later in het boek Handelingen zelf iemand roept: Saulus. Paulus. Een hele bekende apostel is die geworden. Van die Matthias hoor je eigenlijk niet veel meer, of eerlijk gezegd: niks.

Nee, ik ga geen oordeel uitspreken over het optreden van Petrus. Maar ik denk wel dat het goed kan zijn om soms wat langer te wachten, te wachten op God, te wachten op Jezus. Want Hij zou weleens kunnen voorzien op een manier die jij niet kunt bedenken.

Want wie had ooit kunnen bedenken dat die Saulus, die een vervolger was, zo'n toegewijd apostel zou worden? En toch, met dat Christus erin kwam in zijn leven, gebeurde het. Het ging helemaal om.

En het fanatieke waarmee hij vervolgde, veranderde in het hartstochtelijke om voor Jezus te gaan.

Soms is het echt beter om geen eigen actie te ondernemen, maar het over te geven aan de Verhoogde, de Opgestane.

Wachten op Hem is niet zinloos, maar zegerijk.

Dit leesplan is het eerste deel van de serie over het Bijbelboek Handelingen. Samen met Jesus.net heeft dominee Paul Visser deze serie ontwikkeld. Voor meer informatie over Jesus.net klik hier. Wil je meer video’s bekijken van dominee Paul Visser klik dan hier.