Marcus 3:1, 2, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12
Marcus 3:1 HTB
Op een andere sabbat kwam Jezus weer in een synagoge. Er zat een man met een verschrompelde hand.
Marcus 3:7 HTB
Jezus week met zijn leerlingen uit naar het meer. Er liepen heel veel mensen achter hen aan.
Marcus 3:9 HTB
Jezus zei tegen zijn leerlingen dat zij een boot in de buurt moesten houden voor het geval de menigte te veel zou opdringen.
Marcus 3:10 HTB
Ieder die iets mankeerde, probeerde Hem aan te raken. Het was een grote volksoploop, want er werden die dag velen door Hem genezen.
Marcus 3:11 HTB
Wanneer mensen met boze geesten Hem zagen, vielen zij voor Hem op de grond en schreeuwden: ‘U bent de Zoon van God!’