Eyes on the Prize!

Ken jij deze Engelse uitdrukking? Eyes on the Prize? Het betekent zoiets als je ogen gericht houden op de grote prijs. Voor Paulus was het een grote prijs om het Evangelie te verkondigen in het centrum van de macht, in Jeruzalem en Rome. Paulus wilde zoveel mogelijk mensen bereiken met het Evangelie. Uiteindelijk is de allergrootste prijs natuurlijk een hemelse prijs, om voor eeuwig met Jezus Christus te zijn. Paulus heeft dat ook elke keer weer helder voor ogen. Dit beeld van een prijs winnen, gebruikt Paulus vaker in zijn brieven. Zo lezen we dat in 1 Korinthe 9:24-27 en Filippenzen 3:12-16.

Paulus ziet zijn bediening, zijn missie als een wedloop die hij helemaal wil uitlopen. Hoe is dat met jou? Hebben wij in ons geloof in Jezus ons doel helder voor ogen? Wat willen wij bereiken? Een mooie auto, groot huis, goede baan of veel geld? Of willen we iets bereiken voor het Koninkrijk van God?

Omdat Paulus zijn doel helder voor ogen heeft, wordt hij niet afgeleid door allerlei dingen die er in zijn leven gebeuren. De omstandigheden leiden hem niet af, hij ziet er juist kansen in. Worden wij afgeleid en ontmoedigd door wat er om ons heen of in ons leven gebeurt? Wat doen wij ertegen om ons niet te laten afleiden? God wil graag centraal staan in je leven. God wil graag alle mensen bereiken. Welke plek geef je Hem?

Sluit af in gebed. Mocht je niet weten wat je kan bidden, zeg dit gebed dan hardop: “Vader in de hemel, dank U wel voor Uw komst naar deze wereld. Heere, hier op aarde maakt het eigenlijk niet uit wat we hebben. Als we maar ons doel, de hemelse heerlijkheid voor ogen hebben en blijven houden. Helpt U mij sterk te blijven tijdens afleiding. We danken en prijzen Uw grote Naam. In Jezus’ naam, Amen.”

Lees de Bijbelverzen op de volgende pagina’s met onderstaande 6 basisvragen in gedachten:

1. Wat vind je mooi, vreemd of moeilijk in dit Bijbelgedeelte?

2. Wat zegt dit gedeelte over God, Jezus en/of de Heilige Geest?

3. Wat zegt dit gedeelte over mensen?

4. Waarin herken jij jezelf?

5. Wat kun je uit de tekst leren en hoe kun je dat toepassen in het dagelijks leven?

6. Wat zou je hierover graag willen delen met iemand anders?