Wat bomen ons kunnen leren over God en zijn KoninkrijkVoorbeeld

Red de bomen!

Veel mensen beseffen tegenwoordig dat bomen belangrijk zijn voor het milieu. Als we ze allemaal omhakken, levert dat veel problemen op zoals een toenemend risico op landerosie, het verlies van waardevolle dieren- en plantensoorten en een toenemende hoeveelheid CO2 in de lucht. Daarom zetten velen zich nu in voor het behoud van bomen.

Maar God, de Ontwerper van de natuur, was Zich al lang bewust van het belang van bomen (vooral fruitbomen) — lang voordat mensen zich hier druk om maakten. Toen het volk Israël op het punt stond om hun territorium in het land Kanaän binnen te trekken, gaf God hen allerlei voorschriften. Daaronder waren ook wetten over oorlogsvoering. Als de Israëlieten een stad aanvielen, mochten ze niet alle bomen omhakken. Alleen als ze timmerhout nodig hadden mochten ze een paar bomen die geen eetbare vruchten opleverden, vellen.

Een ander voorschrift beschermt ‘het land’: Israëlieten mochten zes jaar lang hun velden inzaaien en van hun fruitbomen oogsten, maar het zevende jaar moest het land rust krijgen.

Deze voorschriften hebben ook ons iets te zeggen. God wil niet dat we zijn schepping onnodig vernielen, dus ook niet de bomen en velden. Mensen mogen natuurlijke hulpbronnen gebruiken, maar ze niet uitputten. Adam kreeg de opdracht om de hof van Eden te bewerken en te onderhouden (Genesis 2:15), en ik denk dat die opdracht nog steeds geldt. We mogen Gods schepping gebruiken, niet misbruiken.

Wat kun jij doen om onze natuurlijke omgeving op een verantwoorde manier te ‘bewerken en onderhouden’?