Allemaal wethouder

Als wethouder ging ik er vaak op uit. Het stadhuis uit en met de Rotterdammers in gesprek. Daar wordt vaak veel voor georganiseerd. Zo is er meestal een aparte voorbereiding, waarbij staat waar ik moet zijn. Wie de contactpersoon is. Wat de aanwezige organisaties doen. Wat er van mij wordt verwacht en zo nodig zelfs wat er gezegd kan worden. Zo’n voorbereiding is er ook in de week van de mantelzorger. Op de zaterdag ging ik langs bij activiteiten in IJsselmonde, Hoogvliet en Overschie.

Als wethouder word je goed verzorgd. Op zo’n werkbezoek stellen de organisatoren je voor aan allerlei mensen. Zo ook aan jonge mantelzorgers die taarten maakten. Tijdens het maken van de taarten kunnen ze dan heel laagdrempelig in gesprek gaan over wat het betekent om mantelzorger te zijn. Met de handen aan de taartbodem vroeg de begeleider van een jong meisje,
Begeleider: “weet je wie dit is?
Meisje: Nee.
Begeleider: Dat is de wethouder. En weet je wat een wethouder doet?
Meisje: Maakt hij wetten?
Dat gaf mij de gelegenheid om uit te leggen dat deze wethoudert (Rotterdamse spelling) geen wetten maakt, dat doen ze in Den Haag. Wat doe ik wel? “ik hou van de wet”. Wethouders houden van de wet. En natuurlijk zorgen we dat ze uitgevoerd worden. Houden van de wet.

Het blijft in mijn hoofd zitten - houden van de wet - wethouder. En op zondag gaat het in mij verder. De aandacht voor Gods wet, zoals bij de liederen. Psalm 119 vers 47 “En ik zal mij vermaken in Uw geboden, die ik liefheb.” Maar ook bij het luisteren naar de 10 geboden. En zelfs in de preek komt het naar voren.

Zonder wet regeert het recht van de sterkste. Dan is het willekeur en zullen kwetsbare mensen het slachtoffer worden. Die kwetsbaren waar onze God voor opkomt. In het Oude Testament. De wees, de weduwe en de vreemdeling. Schitterend, dat wij een God dienen die oog heeft voor deze mensen en ons opdraagt om de wetten, die de zwaksten beschermen, ook te houden.

Wethouder, houden van de wet, van Gods wet. Dat doen wij toch allemaal? Welkom, u bent allemaal wethouders.

Wilt u een korte samenvatting van de wet? Toepasbaar op elk gebied van ons leven? Bij alles wat we tegenkomen? Als wij het Hem vragen geeft hij dit antwoord:

“Je zult de HEERE, je GOD, liefhebben met heel je hart, met heel je ziel, met heel als je kracht en met al je verstand. Dit is het grootste en het eerste gebod. Het tweede dat hieraan gelijk is, is: ‘Je zult je naaste liefhebben als jezelf’. Aan deze twee geboden hangen heel de Wet en de Profeten” (Matteüs 22: 37-40, EBV24).

Houden van de wet; houden van God en van de ander.