Blijf op de juiste weg! Paulus' brief aan de GalatenVoorbeeld

Leven in gemeenschap met God

“Nu, omdat u kinderen bent, heeft God de Geest van Zijn Zoon uitgezonden in uw harten, Die roept: Abba, Vader!” (Galaten 4:6, HSV)

Nog eens waarschuwt Paulus tegen “de zwakke en arme grondbeginselen” die ons in hun greep kunnen houden. Die horen bij de tijd “toen u God niet kende”. Maar als we Hem leren kennen, wordt de situatie heel anders! Dan mogen we leven in gemeenschap met God. De Heilige Geest richt ons hart op onze hemelse Vader. We mogen Hem zelfs “Abba” noemen, een heel intiem en tegelijk respectvol woordje, zoiets als “papa”.

God is groot en heilig. Maar Hij wil een persoonlijke relatie met ons. Hij wil dat we zijn geliefde kinderen zijn. En daarom geeft Hij zijn Geest in ons hart om ons te veranderen en te vullen met liefde, vertrouwen en eerbied voor Hem. Dat we Gods kinderen zijn, betekent ook dat we “overeenkomstig de belofte erfgenamen” zijn van “een onvergankelijke, onbevlekte en onverwelkbare erfenis, die in de hemelen bewaard wordt” (1 Petrus 1:4, HSV). Het is duidelijk dat we die erfenis niet verdiend hebben. Uit onszelf zijn we het helemaal niet waard zoiets moois te ontvangen! Maar in zijn grote genade wil God ons niet alleen redden van zonde en dood, maar wil Hij ons ook overvloedig zegenen.

Wat is jouw beeld van God? Past het woord “Vader” of “papa” bij jouw relatie met Hem? Licht dat voor jezelf eens toe.