Jona: Geschiedenis & ArcheologieVoorbeeld

Gods les voor Jona (Jona 4:5-8)

Jona wil kijken wat er nu met de stad gaat gebeuren. Voor het gemak bouwt hij een hut in het oosten. Daar gaat hij afwachtend in de schaduw zitten. Wellicht hoopte hij dat God alsnog op zijn frustraties zou reageren en de stad Nineve in as zou veranderen.

God wil het hart van Jona raken. Hij schenkt Jona een prachtige wonderboom. Jona geniet van de schaduw en raakt minder gefrustreerd. Bij deze wonderboom dachten de rabbijnen al aan de tropische ricinus communis uit Oost-Afrika en het Midden Oosten. Deze boom geeft door zijn grote bladeren veel schaduw. Een moeilijkheid is dat de boom ‘in één nacht is ontstaan’ (zie Jona 4:10). Dat duidt op een abnormaal groeiproces. Een ricinus communis heeft drie maanden nodig om te groeien. De boom was voor Jona dan ook duidelijk een geschenk uit de hemel.

De ricinus communis verdort bij beschadiging aan de steel. Dat gebeurt door een worm. Net als de grote vis, gebruikt God deze kleine worm om Jona inzicht te schenken. Bij de worm is er gedacht aan de rups van een beervlinder die de naam Olepa Schleini draagt. Deze rups is vooral ’s nachts actief.

Nadat de wonderboom is verdord, komt er een heftige oostenwind. De oostenwind bracht normaal regen met zich mee. God leidde de situatie echter zo dat de zon Jona begon te irriteren. Jona raakt er volledig door uitgeput. Hij wil het liefst sterven. Toch laat God dat niet gebeuren. Hij heeft nog een vraag voor zijn profeet.