1 Samuël 7:11-14

1 Samuël 7:11-14 HTB

jaagden hen op van Mispa tot aan Bet-Kar en doodden ieder die zij tegenkwamen. Samuël plaatste toen een steen tussen Mispa en Sen en noemde die Eben-Haëzer (Steen van Hulp), ‘Want,’ zei hij, ‘tot hiertoe heeft de HERE ons geholpen!’ Zo werden de Filistijnen vernederd en zij vielen Israël niet meer lastig, want de HERE hield de Filistijnen gedurende de rest van Samuëls leven in bedwang. De Israëlitische steden tussen Ekron en Gath waren veroverd door de Filistijnen, maar werden weer bevrijd door het Israëlitische leger. En ook met de Amorieten was er in die tijd vrede.

Gratis leesplannen en overdenkingen die te maken hebben met 1 Samuël 7:11-14

YouVersion gebruikt cookies om je ervaring te personaliseren. Door onze website te gebruiken ga je akkoord met ons gebruik van cookies zoals beschreven in ons Privacybeleid