Job 37:1-4
Job 37:1-4 NBG51
Ja, deswege beeft mijn hart en springt op van zijn plaats. Hoort, hoort het daveren van zijn stem, de donder, die uit zijn mond komt. Hij laat die los onder de ganse hemel en zijn bliksemlicht tot de einden der aarde. Zijn stem brult achter Hem aan, Hij dondert met de stem zijner majesteit en houdt ze niet terug, wanneer zijn stem zich laat horen.

