Spreuken 30:24-28 BB
Deze vier dieren zijn de kleinste op de aarde,
maar zijn wel heel erg wijs:
De mieren – een groot volk van diertjes zonder kracht,
maar toch verzamelen ze in de zomer eten voor de hele winter.
De klipdassen – een volk zonder macht,
maar toch maken ze hun holen in de rotsen.
De sprinkhanen – ze hebben geen koning,
maar toch trekken ze als één groot leger op.
De spinnen – ze grijpen met hun poten,
maar toch wonen ze in de paleizen van koningen.