Hoe word jij gelukkig?Voorbeeld

Gelukkig wie de HEERE vreest! Gezegend is hij!

De psalm is een lied voor wie onderweg is. De openingszin zegt dat je gelukkig bent, als je de HEERE vreest. Want je wordt door Hem gezegend. Gods zegen brengt je geluk. De psalm handelt over de thema’s van arbeid en gezinsleven, die beide vruchtbaar zijn door de zegening van de HEERE. Familie, stad, dagelijks leven, huis en tempel, ze vragen om gebouwd te worden, in veiligheid, sterkte en met veel kinderen. Maar God is het, die schept en leven schenkt. Hij geeft de groeikracht. Dezelfde gedachte formuleert Paulus in 1 Korinthe 3:6. Een mooie illustratie biedt Ruth, die niet zwanger werd van haar eerste man (Ruth 1) maar wel als de vrouw van Boas. In deze geschiedenis wordt over haar gezegd dat zij door ‘s Heeren gunst zwanger wordt en een zoon baart (Ruth 4:13).

De eerste helft van de psalm is een en al zaligspreking: ”Gelukkig de man …” (v. 1-4). De tweede helft brengt Gods zegening binnen: “Zo wordt elke mens gezegend …” (v. 5-6). De wijnstok en de olijfboom zijn traditionele symbolen voor het volk van God, en zijn als vanzelf ook op de kerk toegepast. Jesaja spreekt erover in 5:5 en Christus geeft een toepassing in Johannes 15:5. In deze psalm staat de wijnstok voor de bruid en moeder, en de olijftakken wijzen op de jeugdige kracht van de zonen.

Vers 1 opent met de thematiek van de vreze des HEEREN en vers 4 herneemt en bevestigt dezelfde gedachte. Het vrezen van de HEERE is een gelukservaring (v. 1). Meer nog: het brengt Gods zegen nabij (v. 4). Een familie die groeit in de vruchtbare grond van de vreze des HEEREN wordt gezegend en mag vruchtbaar zijn in vele kinderen. De psalmist getuigt van een geloof en een praktijk die bij velen vandaag onbegrijpelijk zijn geworden. Is die vrees dan zo innemend positief? Is die toch nog iets anders dan angstig zijn en bang voor God? Niets in dit gedicht bevat een zweem van angst. Het vrezen is juist een volwassen grondhouding van wie zich richt tot de levende en heilige God. Vertrouwen en liefde treden binnen in die grondhouding en het resoluut en consequent handelen zoals God verwacht en zoals vers 1 onomwonden zegt. De lange psalm 119 begint niet anders dan dat je Hem vreest en zijn wegen gaat, dat je Hem liefhebt en dient met heel je hart en heel je ziel (Deuteronomium 10:12). Zo kan psalm 128 onze tijdgenoten opvoeden. De psalmist staat geestelijk verder dan daar waar wij staan, ook als christelijke echtparen en gezinnen. Paulus verwacht dat het gezinsleven zich volledig “in de HEERE”, dat is in de geestelijke ruimte van Christus zal afspelen, die de Opstanding en het Leven is (Kolossenzen 3:1-16). Het klimaat dat deze psalm oproept voor een familie staat in feite niet ver af van wat de apostel op het oog heeft.