Bidden voor moslims, deel 3Voorbeeld

De Oromo in Ethiopië

Ahmed is nog maar pas begonnen aan zijn reis met Jezus. Hij woont in een klein dorp, ver weg van alle grote steden. Zijn halfbroer woont in het buitenland en bezoekt de familie elk jaar. Hij vertelt altijd over Jezus. Lange tijd had Ahmed daar weinig belangstelling voor. Toch luisterde hij geduldig. Toen bleef er één zin in zijn hoofd hangen: “God houdt van je!” Ahmed las daarna het Nieuwe Testament op zijn mobiele telefoon en wilde meer weten.

Ahmed ontmoette een pastor die tijd voor hem nam. Na een lange tijd vertrouwde Ahmed zijn leven aan Jezus toe en liet hij zich dopen. Zijn leven werd echter niet makkelijker, maar moeilijker. Toen bekend werd dat hij niet meer naar de moskee ging, werd hij ondervraagd door de dorpsoudsten. Zijn vrienden willen niet meer met hem omgaan, omdat ze hem nu als ongelovige zien. Veel Oromo die Jezus volgen, voelen hetzelfde als Ahmed.

De Oromo zijn met ongeveer 45 miljoen de grootste etnische groep in Ethiopië. Ze werden lange tijd onderdrukt. Ze waren hoopvol gestemd toen Abiy Ahmed, een Oromo, premier van Ethiopië werd. Maar hij kon de neergang van het land niet stoppen. In veel gebieden in Oromia zijn er geen kerken waar nieuwe volgelingen van Jezus zich bij aan kunnen sluiten. Moslims die Jezus willen volgen staan vervolging en sociale uitsluiting te wachten.

"Wees sterk en moedig, wees niet bevreesd en schrik niet voor hen terug, want het is de HEERE , uw God, Die met u meegaat. Hij zal u niet loslaten en u niet verlaten." Deuteronomium 31:6

Gebedspunten

• Bid voor de volgelingen van Jezus onder de Oromo en de enkele kerken die er zijn.
• Bid voor moed en wijsheid voor de gelovigen om hun vrienden en familie over Jezus te vertellen.
• Bid voor mogelijkheden om samen te komen en elkaar te bemoedigen.