Schuilen Bij God. Het Verhaal Van RuthVoorbeeld

Naomi’s bitterheid

“Noem mij niet Naomi, noem mij Mara, want de Almachtige heeft mij grote bitterheid aangedaan. Ík ging vol weg, maar de HEERE heeft mij leeg laten terugkeren. Waarom zou u mij Naomi noemen, nu de HEERE tegen mij getuigd heeft en de Almachtige mij kwaad gedaan heeft?” (Ruth 1:20-21)

Meer dan tien jaar heeft Naomi in Moab gewoond. Geen wonder dat haar stadsgenoten verbaasd opkijken als ze terugkeert. Sterker nog, ze herkennen haar amper! Naomi vertrok als een gelukkige vrouw met een man en kinderen, en nu komt ze terug als een verbitterde weduwe. Ze wil niet eens meer bij haar oude naam genoemd worden, die “lieflijk” betekent. Ze kiest de naam Mara, “bitter”. Naomi kan aan niets anders denken en over niets ander praten dan over de verliezen die ze geleden heeft. Dat is begrijpelijk, want ze heeft veel meegemaakt. Maar het is ook ontzettend jammer. Haar teleurstelling en bitterheid laten haar wegkwijnen.

Het boek Job vertelt ons over een man die minstens even grote verliezen leed als Naomi. Hij verloor zijn tien kinderen, zijn enorme rijkdom en zijn gezondheid. Daarop reageerde hij diep bedroefd en later ook vertwijfeld, maar “hij schreef God niets ongerijmds toe”, vertelt de Bijbel ons. Integendeel, Job zei: “De HEERE heeft gegeven en de HEERE heeft genomen; de Naam van de HEERE zij geloofd!” (Job 1:21). Zo’n reactie is alleen mogelijk als je diep doordrongen bent van Gods liefde. Alleen dan kunnen tegenslagen je tot een beter mens maken. Zonder God raak je slechts verbitterd.

Hoe ga jij om met verliezen in jouw leven?