Rouwen onder een open hemel

Geloof; Wat houdt dat in?

De reis van Simon Peter, Deel 2: 'Leren vertrouwen'

Laat Er Licht Zijn (Tienerleiders)

Open Doors | Strijdvaardig als Elia door Anne van der Bijl | Deel 2

Tijd voor vakantie!

De reis van Matthew, Deel 4: ‘De gaven die jij hebt’

De reis van Simon Peter, deel 1: 'Genade in mislukking'

De reis van Simon Peter, Deel 4: 'Van rivaliteit naar roeping'

Wat betekent ‘geloof, hoop en liefde’?

Het Boek

<div class="version vid75 iso6393nld" data-vid="75" data-iso6393="nld">
 <div class="book bkEZR">
 <div class="chapter ch2" data-usfm="EZR.2">
 <div class="label">2</div><div class="s1">De ballingen die terugkeerden uit Babel</div><div class="p"> 1Hier volgt een lijst van Joodse ballingen, die teruggingen naar Jeruzalem en de andere steden in Juda. Hun ouders waren door koning Nebukadnezar naar Babel gedeporteerd.</div><div class="p"> 2De leiders waren Zerubbabel, Jesua, Nehemia, Seraja, Re&#235;laja, Mordechai, Bilsan, Mispar, Bigvai, Rehum en Ba&#228;na. Anderen die terugkeerden, waren <span class="verse v3 v4 v5 v6 v7 v8 v9 v10 v11 v12 v13 v14 v15 v16 v17 v18 v19 v20 v21 v22 v23 v24 v25 v26 v27 v28 v29 v30 v31 v32 v33 v34 v35" data-usfm="EZR.2.3+EZR.2.4+EZR.2.5+EZR.2.6+EZR.2.7+EZR.2.8+EZR.2.9+EZR.2.10+EZR.2.11+EZR.2.12+EZR.2.13+EZR.2.14+EZR.2.15+EZR.2.16+EZR.2.17+EZR.2.18+EZR.2.19+EZR.2.20+EZR.2.21+EZR.2.22+EZR.2.23+EZR.2.24+EZR.2.25+EZR.2.26+EZR.2.27+EZR.2.28+EZR.2.29+EZR.2.30+EZR.2.31+EZR.2.32+EZR.2.33+EZR.2.34+EZR.2.35">3-35de familie Paros (2172 personen), de familie Sefatja (372), de familie Arah (775), de familie Pahath-Moab, de nakomelingen van Jesua en Joab (2812), de familie Elam (1254), de familie Zattu (945), de familie Zakkai (760), de familie Bani (642), de familie Bebai (623), de familie Azgad (1222), de familie Adonikam (666), de familie Bigvai (2056), de familie Adin (454), de familie Ater, de nakomelingen van Jehizkia (98), de familie Bezai (323), de familie Jora (112), de familie Hasum (223), de familie Gibbar (95), de familie Bethlehem (123), de familie Netofa (56), de familie Anathoth (128), de familie Azmaveth (42), de families Kirjat-Arim, Kefira en Be&#235;roth (743), de families Rama en Gaba (621), de familie Michmas (122), de families Betel en Ai (223), de familie Nebo (52), de familie Magbis (156), de andere familie Elam (1254), de familie Harim (320), de families Lod, Hadid en Ono (725), de familie Jericho (345) en de familie Sena&#228; (3630). 36-39De priesters die terugkeerden: de familie Jedaja van Jesua (973), de familie Immer (1052), de familie Pashur (1247), de familie Harim (1017). 40Terugkerende Levieten: de familie Jesua van Kadmi&#235;l van Hodavja (74). 41Terugkerende zangers: de familie Asaf (128). 42Poortwachters die terugkeerden, waren de families Sallum, Ater, Talmon, Akkub, Hatita en Sobai: in totaal 139 personen. 43-54Tempelknechten die terugkeerden, waren de families Ziha, Hasufa, Tabbaoth, Keros, Siaha, Padon, Lebana, Hagaba, Akkub, Hagab, Samlai, Hanan, Giddel, Gahar, Reaja, Rezin, Nekoda, Gazzam, Uzza, Paseah, Besai, Asna, Me-unim, Nefusim, Bakbuk, Hakufa, Harhur, Bazluth, Mehida, Harsa, Barkos, Sisera, Temah, Neziah en Hatifa. 55-57Ook een aantal nakomelingen van Salomo&#700;s dienaren maakte de reis. Dit waren de families Sotai, Sofereth, Peruda, Ja&#228;la, Darkon, Giddel, Sefatja, Hattil, Pocheret-Hazzeba&#239;m en Ami. 58Bij elkaar geteld waren er 392 tempelknechten en nakomelingen van Salomo&#700;s dienaren bij.</div><div class="p"> 59In diezelfde tijd keerde nog een groep ballingen terug naar Jeruzalem. Deze mensen kwamen uit de Perzische steden Tel-Melah, Tel-Harsa, Kerub, Addan en Immer, maar zij konden niet aantonen dat zij werkelijk Isra&#235;lieten waren. 60Tot hen behoorden de families Delaja, Tobia en Nekoda met in totaal 652 personen. 61Drie priesterfamilies gingen ook naar Jeruzalem. Het waren de families Habaja, Hakkoz en Barzillai. Die laatste familie heet zo sinds hun stamvader met een van de dochters van de Gileadiet Barzillai getrouwd is. 62-63 Maar ook zij konden niet schriftelijk aantonen dat zij Isra&#235;lieten waren en mochten daarom niet meer als priester dienst doen. De leiders verboden hun zelfs te eten van dat deel van het offervlees dat voor de priesters bestemd was. Het verbod zou pas worden opgeheven wanneer een priester God met de orakelstenen, de Urim en Tummim, had gevraagd of zij werkelijk afstammelingen van priesters waren.</div><div class="p"> 64-65 In totaal keerden 42.360 personen naar Jeruzalem terug. Er gingen ook nog eens 7337 slaven en slavinnen en 200 zangers en zangeressen mee. 66-67 Zij hadden 736 paarden, 245 muildieren, 435 kamelen en 6720 ezels bij zich. 68Bij aankomst in Jeruzalem schonken enkele leiders grote bedragen voor de herbouw van de tempel. 69Ieder gaf zoveel hij kon. De totale waarde van hun giften bedroeg ongeveer 61.000 gouden munten en 2500 kilo zilver. Er waren tevens honderd stellen onderkleren voor de priesters bij. 70De priesters en Levieten en een aantal gewone mensen vestigden zich in Jeruzalem en omgeving. De zangers, poortwachters, tempelknechten en de rest van de mensen gingen wonen in de andere steden van Juda en keerden zo terug naar de plaats waar zij oorspronkelijk vandaan kwamen.</div>
 </div>
 </div>
</div>

Exil: Cesta tam a zpětVoorbeeld

Schrift

Over dit leesplan

Gerelateerde leesplannen