Muziek: Romeinen 8 in song

De reis van Simon Peter, deel 1: 'Genade in mislukking'

Danken met de Psalmen

Vriendschap met Jezus

Open Doors | Strijdvaardig als Elia door Anne van der Bijl | Deel 2

De reis van Simon Peter, Deel 3: 'Innerlijke strijd'

Vrij van verslaving

Wat is mijn roeping?

De reis van Simon Peter, Deel 2: 'Leren vertrouwen'

Geloof; Wat houdt dat in?

Het Boek

<div class="version vid75 iso6393nld" data-vid="75" data-iso6393="nld">
 <div class="book bkNEH">
 <div class="chapter ch2" data-usfm="NEH.2">
 <div class="label">2</div><div class="s1">Nehemia krijgt toestemming terug te keren</div><div class="p"> 1-2 Vier maanden later, op een dag in de eerste maand, reikte ik de koning zijn wijn aan. Hij vroeg mij: &#8216;Waarom kijkt u zo somber? U bent toch niet ziek? U ziet eruit alsof u verdriet hebt.&#8217; Ik werd doodsbang, 3maar antwoordde: &#8216;Och majesteit, zou ik niet verdrietig zijn als de stad waar mijn voorouders zijn begraven, is verwoest en haar poorten zijn verbrand?&#8217; 4-5 &#8216;Wat zou u dan willen?&#8217; vroeg de koning. Na een stil gebed tot de God van de hemel antwoordde ik: &#8216;Als het uwe majesteit behaagt en u mij uw gunst wilt tonen, stuur mij dan naar Juda. Dan ga ik de stad van mijn voorouders herbouwen!&#8217; 6De koning antwoordde, terwijl de koningin naast hem zat: &#8216;Hoe lang zal uw reis duren? Wanneer zult u terug zijn?&#8217; Ik noemde hem een bepaalde tijd en hij gaf mij zijn toestemming! 7Ik vroeg hem nog een gunst: &#8216;Als het uwe majesteit behaagt, geef mij dan brieven mee voor de gouverneurs in het gebied ten westen van de Eufraat. Dan zullen zij mij ongehinderd door hun gebied naar Juda laten reizen. 8En geef mij alstublieft ook een brief voor Asaf, de koninklijke houtvester, met de opdracht mij hout te geven voor dakbalken, voor de poorten van de vesting bij de tempel, voor de stadsmuren en voor een huis voor mijzelf.&#8217; De koning deed wat ik had gevraagd, want God hielp mij.</div><div class="p"> 9Toen ik bij de gouverneurs ten westen van de Eufraat kwam, overhandigde ik hun de brieven van de koning. De koning had bovendien legerofficieren en ruiters meegegeven om mij onderweg te beschermen! 10Maar Sanballat, een Horoniet, en Tobia, een Ammoniet die bestuursambtenaar was, hoorden van mijn komst. Zij werden woedend omdat er iemand was gekomen met de bedoeling de Isra&#235;lieten te helpen.</div><div class="p"> 11-12 Drie dagen na mijn aankomst in Jeruzalem ging ik &#700;s nachts met enkele mannen de stad uit. Ik had niemand iets verteld van de plannen voor Jeruzalem die God mij in het hart had gegeven. Ik reed op mijn ezel en verliet de stad via de Dalpoort. 13We trokken richting Slangenbron en Aspoort om de afgebroken stadsmuren en verbrande poorten te inspecteren. 14Vandaar gingen wij naar de Bronpoort en de Koningsvijver, maar mijn ezel kon door al het puin niet verder. 15Daarom klommen wij die nacht door het Kidrondal omhoog om de muur te inspecteren. Door de Dalpoort keerden wij weer terug. 16De stadsbestuurders wisten niet waar ik was geweest en wat ik had gedaan. Want tot nog toe had ik niemand iets over mijn plannen verteld. Niemand was ervan op de hoogte, ook de politieke en geestelijke leiders niet en zelfs zij niet die het werk zouden doen. 17Maar nu kwam ik ermee voor de dag. &#8216;U kent de trieste omstandigheden waarin wij verkeren,&#8217; zei ik, &#8216;Jeruzalem ligt in puin en de poorten zijn verbrand. Laten wij de stadsmuur herbouwen, zodat wij niet langer deze schande hoeven te dragen!&#8217; 18Ik vertelde hun van het verlangen dat God mij in het hart had gegeven en hoe het gesprek met de koning was verlopen. De mannen zeiden: &#8216;Goed! Wij zullen u helpen de muur te herbouwen!&#8217; Vol ijver gingen zij aan de slag.</div><div class="p"> 19Toen Sanballat, Tobia en de Arabier Gesem van mijn plan hoorden, lachten zij ons uit en zeiden spottend: &#8216;Wat gaan jullie doen? Tegen de koning in opstand komen?&#8217; 20Maar ik antwoordde: &#8216;De God van de hemel zal ons helpen. Wij, zijn knechten, zullen de muur herbouwen, maar u hoort in Jeruzalem niet thuis, u kunt hier van oudsher geen rechten laten gelden.&#8217;</div>
 </div>
 </div>
</div>

One Book, One BodyVoorbeeld

Schrift

Over dit leesplan

Gerelateerde leesplannen