Recht doen, trouw betrachten en nederig de weg gaan van je GodVoorbeeld

Vrijdag

Lees: Micha 2:6-11, Deuteronomium 11:13-17

SOAP: Micha 2:7 

In de verzen voor vandaag kunnen we zien hoe ver Israël van God was afgedwaald. Micha 2:8 zegt: “Sedert lang treedt Mijn volk als vijand op.” Zij hadden geen berouw van hun zonden en waren vijanden van God geworden.

Er waren valse profeten onder het volk die probeerden de profeten van God het zwijgen op te leggen. Volgens deze valse profeten was het voldoende om Gods bijzondere volk te zijn. Het was niet nodig om berouw te hebben van hun zonden, betoogden zij, want God zou nooit zo’n hard oordeel over hen toelaten. Hun boodschap was vals, maar klonk prettiger in de oren van zondige mensen die Micha tot zwijgen wilden brengen. Micha antwoordt daarop dat het Woord van God goed doet bij degenen die oprecht wandelen.

Soms willen ook wij onze oren sluiten voor de Waarheid van God, misschien als we een vers lezen dat ons wijst op een zonde die we niet willen belijden, of als het ons wijst op iets of iemand die ons van God af brengt. Of misschien als we na een preek of een gesprek met een vroom mens zeker weten dat we ergens mee moeten ophouden. We sluiten onze oren af. We willen het niet horen. Laten we ons toch voornemen om bewust te luisteren naar wat God ons te zeggen heeft. 

Lieve Vader, open alstublieft mijn ogen en mijn oren voor Uw Waarheid. Ik wil ontvankelijk zijn voor Uw leiding en alles, wat dan ook, veranderen wat mij van U kan afleiden. In Jezus’ naam, Amen.