Johannes 13:21-30

Johannes 13:21-30 HTB

Nadat Hij dit had gezegd, werd Jezus diep ontroerd. ‘De waarheid is,’ zei Hij, ‘dat een van jullie Mij zal uitleveren.’ De leerlingen keken elkaar vragend aan, zij hadden geen idee wie Hij bedoelde. Rechts van Jezus zat de leerling die zijn beste vriend was en Simon Petrus wenkte hem om hem aan Jezus te laten vragen wie Hij bedoelde. Hij boog zich naar Jezus toe en vroeg: ‘Here, wie is het dan?’ Jezus antwoordde: ‘Ik zal een stuk brood indopen en dat geven aan degene die het is.’ Hij nam een stuk brood, doopte het in de saus en gaf het aan Judas, de zoon van Simon Iskariot. Op dat moment kwam de duivel in Judas. ‘Doe maar vlug wat je van plan bent,’ zei Jezus tegen hem. Niemand aan tafel begreep wat Hij daarmee bedoelde. Omdat Judas het geld beheerde, dachten sommigen dat hij iets voor het feest moest kopen of iets aan de armen moest gaan geven. Nadat hij het brood van Jezus had aangenomen, ging Judas vlug naar buiten, de nacht in.

Gratis leesplannen en overdenkingen die te maken hebben met Johannes 13:21-30

YouVersion gebruikt cookies om je ervaring te personaliseren. Door onze website te gebruiken ga je akkoord met ons gebruik van cookies zoals beschreven in ons Privacybeleid