Daniël 10:15-19

Daniël 10:15-19 HTB

Al die tijd keek ik naar de grond, niet in staat een woord uit te brengen. Toen raakte iemand—hij zag eruit als een mens—mijn lippen aan en ik kon weer spreken. Ik zei tegen de persoon vóór mij: ‘Mijn heer, ik ben verlamd van angst door uw verschijning. Ik heb geen kracht meer over. Hoe kan iemand als ik zelfs maar met u spreken? Ik voel mij helemaal krachteloos en kan amper ademen.’ De persoon die er uitzag als een mens, raakte mij opnieuw aan waardoor ik weer wat kracht kreeg. ‘God houdt erg veel van u,’ zei hij. ‘Wees dus niet bang, rustig maar. U moet heel sterk zijn!’ Terwijl hij sprak, voelde ik plotseling mijn kracht terugkomen en zei: ‘Ga maar door, mijn heer, want dankzij u voel ik mij een stuk beter.’

YouVersion gebruikt cookies om je ervaring te personaliseren. Door onze website te gebruiken ga je akkoord met ons gebruik van cookies zoals beschreven in ons Privacybeleid