De Spreuken 13:1-6

De Spreuken 13:1-6 NBG51

Een wijs zoon laat zich tuchtigen door zijn vader, maar een spotter luistert niet naar berisping. Van de vrucht zijns monds zal iemand het goede eten, maar de begeerte der trouwelozen gaat uit naar geweld. Wie zijn mond in toom houdt, bewaart zijn leven; wie zijn lippen openspert, hem wacht het verderf. De ziel van de luiaard is begerig, maar tevergeefs, doch de ziel van de vlijtigen wordt overvloedig verkwikt. De rechtvaardige haat leugentaal, maar de goddeloze maakt zich gehaat en wordt te schande. Gerechtigheid bewaart de onberispelijken van wandel, maar goddeloosheid stort de zondaren in het verderf.

Gratis leesplannen en overdenkingen die te maken hebben met De Spreuken 13:1-6

YouVersion gebruikt cookies om je ervaring te personaliseren. Door onze website te gebruiken ga je akkoord met ons gebruik van cookies zoals beschreven in ons Privacybeleid