Hebreeën 5

5
Jezus is een betere Hogepriester dan een aardse hogepriester (vervolg)
1Elke hogepriester heeft als taak om namens de mensen bij God te komen. Hij moet voor de mensen dieren offeren aan God. Met die offers vraagt hij Hem om vergeving voor de ongehoorzaamheid van de mensen. 2Die hogepriester heeft begrip voor de mensen die verkeerd tegen God hebben gedaan. Want hij is zelf ook een mens. Hij is zelf ook soms ongehoorzaam aan God. 3Daarom moet hij niet alleen voor het volk, maar ook voor zichzelf offers brengen om vergeving te krijgen. 4Maar niemand kiest er zelf voor om hogepriester te worden. Hij krijgt die taak van God. Zo ging dat ook bij Aäron.#Lees Exodus 28:1 en 36 en Exodus 29:29.
5Ook Christus heeft Zich niet Zelf tot Hogepriester gemaakt. Hij kreeg die taak van God die gezegd had: "Jij bent mijn Zoon. Vanaf vandaag ben Ik jouw Vader." 6En op een andere plaats zegt God: "Jij bent voor eeuwig Hogepriester, zoals Melchizédek."#Dit staat in Psalmen 110:4. Lees hierover meer in Hebreeën 7 en in Genesis 14:14-20. 7Jezus heeft als mens op aarde geleefd. In die tijd heeft Hij het tot God uitgeschreeuwd in zijn gebed. Huilend heeft Hij gebeden tot God die Hem van de dood kon redden. En God heeft Jezus verhoord toen Hij zo bang was. 8Zo heeft Jezus, ook al was Hij Gods Zoon, geléérd om gehoorzaam te zijn. Maar dat kostte Hem lijden en pijn. 9En doordat Hij volmaakt gehoorzaam was, kunnen de mensen die Hem gehoorzamen het eeuwige leven krijgen. 10Zo maakte God Jezus tot net zo'n Hogepriester als Melchizédek.
Geloof moet groeien
11Ik zou hier eigenlijk nog veel meer over willen vertellen. Maar het is moeilijk aan jullie uit te leggen. Dat komt doordat jullie nog niet veel hebben gedaan met wat ik jullie tot nu toe geleerd heb. 12Jullie geloven al een hele tijd. Jullie hadden allang andere mensen moeten kunnen lesgeven over het geloof. Maar dat kunnen jullie niet. Jullie hebben zelf nog les nodig in de eerste, eenvoudige dingen van het woord van God. Wat dat betreft lijken jullie op baby's. Baby's die nog melk nodig hebben en nog geen vast voedsel kunnen eten. 13Mensen die nog van 'geestelijke melk' leven, zien het verschil niet tussen goed en verkeerd onderwijs. Ze zijn baby's in het geloof. 14Maar mensen die het geloof toepassen, kunnen 'vast voedsel' (= moeilijker onderwijs) krijgen. Door het geloof toe te passen in hun leven hebben ze het verschil geleerd tussen goed en kwaad. (lees verder)

Nu geselecteerd:

Hebreeën 5: BB

Markering

Deel

Kopiëren

None

Wil je jouw markerkingen op al je apparaten opslaan? Meld je aan of log in

YouVersion gebruikt cookies om je ervaring te personaliseren. Door onze website te gebruiken ga je akkoord met ons gebruik van cookies zoals beschreven in ons Privacybeleid