Àmì-ìdánimọ̀ YouVersion
BíbélìÀwon ètòÀwon Fídíò
Gba ohun èlò náà
Àṣàyàn Èdè
Ṣe Àwárí

Àwọn Ẹsẹ Bíbélì Tí Ọ̀pọ̀ Èèyàn Mọ GENESIS 8

1

GENESIS 8:21-22

Statenvertaling Jongbloed-editie

SVV

En de HEERE rook dien liefelijken reuk, en de HEERE zeide in Zijn hart: Ik zal voortaan den aardbodem niet meer vervloeken om des mensen wil; want het gedichtsel van 's mensen hart is boos van zijn jeugd aan; en Ik zal voortaan niet meer al het levende slaan, gelijk als Ik gedaan heb. Voortaan al de dagen der aarde zullen zaaiing en oogst, en koude en hitte, en zomer en winter, en dag en nacht, niet ophouden.

Ṣe Àfiwé

Ṣàwárí GENESIS 8:21-22

2

GENESIS 8:20

Statenvertaling Jongbloed-editie

SVV

En Noach bouwde den HEERE een altaar; en hij nam van al het reine vee, en van al het rein gevogelte, en offerde brandofferen op dat altaar.

Ṣe Àfiwé

Ṣàwárí GENESIS 8:20

3

GENESIS 8:1

Statenvertaling Jongbloed-editie

SVV

En God gedacht aan Noach, en aan al het gedierte, en aan al het vee, dat met hem in de ark was; en God deed een wind over de aarde doorgaan, en de wateren werden stil.

Ṣe Àfiwé

Ṣàwárí GENESIS 8:1

4

GENESIS 8:11

Statenvertaling Jongbloed-editie

SVV

En de duif kwam tot hem tegen den avondtijd; en ziet, een afgebroken olijfblad was in haar bek; zo merkte Noach, dat de wateren van boven de aarde gelicht waren.

Ṣe Àfiwé

Ṣàwárí GENESIS 8:11

Abala Tó Kọjá
Abala tí ó Kàn
YouVersion

Ńgbà ọ́ níyànjú ó ṣì ń pè ọ́ níjà láti súnmọ́ Ọlọ́run lójoojúmọ́.

Iṣẹ́ Ìránṣẹ́

Nípaa

Àwọn iṣẹ́

Oluyọọda

Blọ́ọ̀gì

Tè

Àwọn ojú-ìwé tí ó wúlò

Ìrànlọ́wọ́

Fifún ni

Àwon Èyà Bíbélì

Àwọn Bíbélì àfetígbọ́

Àwọn Èdè Bíbélì

Ẹsẹ̀ Bíbélì t'Òní


Isẹ́ Ìránṣẹ́ orí ẹ̀rọ ìgbàlódé

Life.Church
English (US)

©2025 Life.Church / YouVersion

Ìṣe ìdá kọ́ńkó̩Àwon àdéhùn
Ètò Ìpolongo Àwọn Àìléwu
FacebookTwitterInstagramYouTubePinterest

Ilé

Bíbélì

Àwon ètò

Àwon Fídíò