Zoek resultaten voor: Psaumes 33:6
Genesis 33:6 (HTB)
Zijn bijvrouwen en hun kinderen kwamen naar voren en bogen diep voor Esau.
Jesaja 33:6 (HTB)
Een overvloed van heil ligt in een veilige plaats voor Juda opgeslagen, samen met wijsheid, kennis en ontzag voor God.
Ezechiël 33:6 (HTB)
Maar als de wachter de vijand in de gaten krijgt en geen alarm slaat om de mensen te waarschuwen, is hij verantwoordelijk voor hun dood. Zij zullen in hun zonden sterven, maar hun dood zal Ik de wachter aanrekenen.”
Psalmen 33:6 (HTB)
De hemelen werden door het woord van de Here gemaakt, alles wat er in is, ontstond door zijn adem.
Jeremia 33:6 (HTB)
Maar toch komt er een tijd dat Ik de schade die aan Jeruzalem is toegebracht, zal herstellen en haar weer welvaart en vrede zal geven.
Exodus 33:6 (HTB)
Het volk droeg de rest van de reis vanaf de berg Horeb geen sieraden meer.
Deuteronomium 33:6 (HTB)
Laat Ruben eeuwig leven en moge zijn stam groeien!’
Job 33:6 (HTB)
Voor God ben ik volkomen gelijk aan u. Ik ben ook uit de aarde gevormd, net als u.
2 Kronieken 33:6 (HTB)
Manasse offerde zelfs zijn eigen kinderen als brandoffer in het dal Ben-Hinnom. Hij ging te rade bij mediums, waarzeggers en bezweerders en moedigde elk soort afgoderij aan. Hij deed afschuwelijke zonden in de ogen van de Here en riep zo zijn toorn op.
Mattheüs 6:33 (HTB)
Geef het Koninkrijk van God en het doen van zijn wil de hoogste plaats in uw leven. Al het andere zal u dan geschonken worden.
Marcus 6:33 (HTB)
De mensen die hen zagen wegvaren, konden wel raden waar zij naar toe gingen en liepen er ook heen.
Lucas 6:33 (HTB)
En als u goed bent voor mensen die ook goed voor u zijn, is dat zo bijzonder? Nee, dat is heel gewoon.
Spreuken 6:33 (HTB)
Schade en schande zijn zijn deel, zijn wandaad wordt niet meer vergeten.
Johannes 6:33 (HTB)
Want het brood van God is Hij die uit de hemel is gekomen. Hij geeft het leven aan deze wereld.’
Richteren 6:33 (HTB)
Niet lang daarna hadden de Midjanieten, Amalekieten en de stammen uit het oosten zich verenigd tot één groot front tegen Israël. Zij waren de Jordaan overgestoken en hadden hun kamp opgeslagen in de vlakte van Jizreël.
2 Koningen 6:33 (HTB)
Nog terwijl Elisa dit zei, kwam de boodschapper er aan, gevolgd door de koning. ‘De Here heeft deze ramp over ons gebracht,’ brieste de koning. ‘Waarom zou ik van Hem nog hulp verwachten?’
1 Koningen 6:33 (HTB)
Daarna maakten zij de olijfhouten deurposten van de ingang van de tempel, die een kwart van de breedte van de muur besloegen.
2 Kronieken 6:33 (HTB)
luister dan naar hen vanuit de hemel waar U woont en geef hun wat zij van U vragen. Dan zullen alle volken ter wereld U leren kennen, eren en gehoorzamen, net zoals uw volk Israël dat doet. En ook zij zullen dan beseffen dat aan deze tempel, die ik heb gebouwd, uw Naam verbonden is.
1 Kronieken 3:4 (HTB)
Deze zes werden geboren in Hebron, waar koning David zevenenhalf jaar regeerde. Daarna verhuisde hij naar zijn hoofdstad Jeruzalem, waar hij nog eens drieëndertig jaar regeerde.