Zoek resultaten voor: Psalm 111:10
Psalm 111:10 (HSV)
De vreze des HEEREN is het beginsel van wijsheid, resj allen die ernaar handelen, hebben een goed inzicht; sin Zijn lof houdt voor eeuwig stand. taw
Psalm 111:1 (HSV)
Halleluja! Ik zal de HEERE loven met heel mijn hart, aleph in de kring van de oprechten en in hun gemeenschap. beth
Psalm 111:2 (HSV)
De werken van de HEERE zijn groot, gimel zij worden onderzocht door allen die er vreugde in vinden. daleth
Psalm 111:3 (HSV)
Zijn daden zijn vol majesteit en glorie, he Zijn gerechtigheid houdt voor eeuwig stand. waw
Psalm 111:4 (HSV)
Hij heeft voor Zijn wonderen een gedachtenis gemaakt, zain de HEERE is genadig en barmhartig. cheth
Psalm 111:5 (HSV)
Hij heeft voedsel gegeven aan wie Hem vrezen. teth Hij denkt voor eeuwig aan Zijn verbond. jod
Psalm 111:6 (HSV)
Hij heeft de kracht van Zijn werken bekendgemaakt aan Zijn volk kaph door hun het erfelijk bezit van de heidenvolken te geven. lamed
Psalm 111:7 (HSV)
De werken van Zijn handen zijn waarheid en recht, mem al Zijn bevelen zijn betrouwbaar. nun
Psalm 111:8 (HSV)
Zij worden ondersteund, voor eeuwig en voor altijd, samech want zij zijn gedaan in waarheid en oprechtheid. ain
Psalm 111:9 (HSV)
Hij heeft Zijn volk verlossing gezonden; pe Hij heeft Zijn verbond voor eeuwig ingesteld; tsade Zijn Naam is heilig en ontzagwekkend. koph
Psalm 10:1 (HSV)
HEERE , waarom blijft U van verre staan? Waarom verbergt U Zich in tijden van benauwdheid?
Psalm 10:2 (HSV)
Fel en hoogmoedig achtervolgt de goddeloze de ellendige. Laat hen gegrepen worden in de listige plannen die zij bedacht hebben!
Psalm 10:3 (HSV)
Want de goddeloze beroemt zich over zijn hartenwens; hij zegent de hebzuchtige, hij lastert de HEERE .
Psalm 10:4 (HSV)
De goddeloze, met zijn neus trots omhoog, onderzoekt niet. Al zijn gedachten zijn: Er is geen God!
Psalm 10:5 (HSV)
Zijn wegen bezorgen te allen tijde verdriet. Uw oordelen gaan hem te hoog, hij houdt ze ver van zich; al zijn tegenstanders blaast hij weg.
Psalm 10:6 (HSV)
Hij zegt in zijn hart: Ik zal niet wankelen, want van generatie op generatie zal mij geen onheil treffen.
Psalm 10:7 (HSV)
Zijn mond is vol vervloeking, bedrog en list, onder zijn tong is kwaad en onrecht.
Psalm 10:8 (HSV)
Hij ligt in een hinderlaag in de dorpen, op verborgen plaatsen doodt hij de onschuldige, zijn ogen loeren op de arme.
Psalm 10:9 (HSV)
Hij ligt in een hinderlaag op een verborgen plaats, zoals een leeuw in zijn schuilplaats; hij ligt in een hinderlaag om de ellendige te overvallen, hij overvalt de ellendige als hij hem in zijn net trekt.
Psalm 10:10 (HSV)
Hij duikt neer, hij bukt zich, en de arme valt in zijn sterke poten .
Psalm 10:11 (HSV)
Hij zegt in zijn hart: God heeft het vergeten, Hij heeft Zijn aangezicht verborgen, Hij ziet het in eeuwigheid niet.
Psalm 10:12 (HSV)
Sta op, HEERE God, hef Uw hand op, vergeet de ellendigen niet.
Psalm 10:13 (HSV)
Waarom lastert de goddeloze God? Waarom zegt hij in zijn hart: U zult geen rekenschap eisen?
Psalm 10:14 (HSV)
Ú ziet het wél , want U aanschouwt de moeite en het verdriet, opdat men het in Uw hand geeft; op Ú verlaat de arme zich, U bent geweest een Helper van de wees.
Psalm 10:15 (HSV)
Breek de arm van de goddeloze en de kwaaddoener, eis rekenschap van hem over zijn goddeloosheid, tot U er niets meer van vindt.