Numeri 22:28-29
Numeri 22:28-29 BasisBijbel (BB)
Toen zorgde de Heer ervoor dat de ezel kon praten. De ezel zei tegen Bileam: "Je hebt me nu drie keer geslagen. Wat heb ik verkeerd gedaan?" Bileam antwoordde de ezel: "Je zet mij voor gek! Als ik een zwaard bij me had gehad, zou ik je nu doden."
Numeri 22:28-29 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
De HEERE nu opende den mond der ezelin, die tot Bileam zeide: Wat heb ik u gedaan, dat gij mij nu driemaal geslagen hebt? Toen zeide Bileam tot de ezelin: Omdat gij mij bespot hebt; och, of ik een zwaard in mijn hand had! want ik zou u nu doden.
Numeri 22:28-29 Herziene Statenvertaling (HSV)
Toen opende de HEERE de mond van de ezelin en ze zei tegen Bileam: Wat heb ik u misdaan, dat u mij nu driemaal geslagen hebt? Toen zei Bileam tegen de ezelin: Omdat jij de spot met me drijft. Had ik maar een zwaard in mijn hand, dan zou ik je nu doden!
Numeri 22:28-29 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Nu opende de HERE de mond der ezelin, en zij zeide tot Bileam: Wat heb ik u gedaan, dat gij mij nu driemaal geslagen hebt? En Bileam zeide tot de ezelin: Omdat gij de spot met mij drijft; had ik een zwaard in mijn hand, dan zou ik u nu zeker doden.