Mattheüs 10:34-36
Mattheüs 10:34-36 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Meent niet, dat Ik gekomen ben om vrede te brengen op de aarde; Ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar het zwaard. Want Ik ben gekomen om tweedracht te brengen tussen een man en zijn vader en tussen een dochter en haar moeder en tussen een schoondochter en haar schoonmoeder; en iemands huisgenoten zullen zijn vijanden zijn.
Mattheüs 10:34-36 Het Boek (HTB)
Denk niet dat Ik ben gekomen om vrede op aarde te brengen. Nee, eerder een zwaard. Ik ben gekomen om verdeeldheid te brengen tussen vader en zoon, tussen moeder en dochter, tussen schoonmoeder en schoondochter. Iemands ergste vijanden zullen zijn huisgenoten zijn.
Mattheüs 10:34-36 BasisBijbel (BB)
Jullie moeten niet denken dat Ik ben gekomen om vrede te brengen op de aarde. Ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar strijd. Ik kom strijd brengen tussen vader en zoon, tussen moeder en dochter, en tussen een vrouw en haar schoonmoeder. De mensen met wie je in één huis woont, zullen je vijanden zijn.
Mattheüs 10:34-36 Herziene Statenvertaling (HSV)
Denk niet dat Ik gekomen ben om vrede te brengen op de aarde; Ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar het zwaard. Want Ik ben gekomen om tweedracht te brengen tussen een man en zijn vader, en tussen een dochter en haar moeder, en tussen een schoondochter en haar schoonmoeder; en iemands huisgenoten zullen zijn vijanden zijn.