Leviticus 20:1-2
Leviticus 20:1-2 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: Gij zult ook tot de kinderen Israëls zeggen: Een ieder uit de kinderen Israëls, of uit de vreemdelingen, die in Israël als vreemdelingen verkeren, die van zijn zaad den Molech gegeven zal hebben, zal zekerlijk gedood worden; het volk des lands zal hem met stenen stenigen.
Leviticus 20:1-2 Herziene Statenvertaling (HSV)
De HEERE sprak tot Mozes: U moet vervolgens tegen de Israëlieten zeggen: Iedereen uit de Israëlieten en uit de vreemdelingen die in Israël verblijven, die iemand uit zijn nageslacht aan de Molech overgegeven heeft, moet zeker gedood worden: de bevolking van het land moet hem met stenen stenigen.
Leviticus 20:1-2 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
De HERE sprak tot Mozes: Tot de Israëlieten zult gij zeggen: Iedere Israëliet en iedere vreemdeling, die in Israël vertoeft, die van zijn kinderen aan de Moloch geeft, zal zeker ter dood gebracht worden: het volk des lands zal hem stenigen.