Jeremia 30:5-7
Jeremia 30:5-7 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Want zo zegt de HERE: Angstgeschrei horen wij, schrik en geen heil. Vraagt toch, ziet, of een man baart; waarom zie Ik iedere man met zijn handen aan zijn heupen als een barende en heeft elk gelaat een lijkkleur gekregen? Wee, want groot is die dag, zonder weerga; een tijd van benauwdheid is het voor Jakob; maar daaruit zal hij gered worden.
Jeremia 30:5-7 Het Boek (HTB)
‘ “Waar zullen wij vrede vinden?” roepen zij. “Er is alleen angst en beven. Brengen mannen kinderen ter wereld? Waarom staan zij daar dan zo, lijkbleek en met de handen op hun buik, zoals vrouwen die op het punt staan te bevallen?” Ach, is er in de hele geschiedenis ooit een tijd van angst geweest, zoals die nu in aantocht is? Het is een tijd van grote nood voor de mensen van mijn volk. Maar toch zal God hen redden!
Jeremia 30:5-7 BasisBijbel (BB)
"Dit zegt de Heer: De mensen schreeuwen van angst. Iedereen is bang. Er is geen vrede. Mannen kunnen toch niet in verwachting raken en kinderen krijgen? Waarom houden ze dan hun handen tegen hun buik, zoals een vrouw doet als ze een kind aan het krijgen is? Waarom zien ze allemaal doodsbleek? Pas maar op, want zo'n verschrikkelijke tijd is er nog nooit geweest. Het zal een vreselijke tijd zijn voor het volk Israël, maar het zal worden gered.
Jeremia 30:5-7 Herziene Statenvertaling (HSV)
Want zo zegt de HEERE: Een schrikwekkende stem hebben wij gehoord, angst is er, geen vrede. Vraag toch en zie of een man baren kan? Waarom heb Ik dan iedere man gezien met zijn handen op zijn heupen als een barende vrouw, en waarom zijn alle gezichten lijkbleek weggetrokken? Wee! Want die dag is groot, er is er geen als hij. Het is een tijd van benauwdheid voor Jakob, toch zal hij daaruit verlost worden.