Hosea 8:7
Hosea 8:7 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Want zij hebben wind gezaaid, en zullen een wervelwind maaien; het zal geen staande koren hebben, het uitspruitsel zal geen meel maken; of het misschien maakte, vreemden zullen het verslinden.
Hosea 8:7 Herziene Statenvertaling (HSV)
Want wind zaaien zij, maar een wervelwind zullen zij oogsten. Staand koren zonder aren geeft geen meel. Wanneer ze al aren geven, zullen vreemden die verslinden.
Hosea 8:7 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Want wind zaaien zij en storm oogsten zij: tot rijpheid komt het koren niet, het is een gewas dat geen meel voortbrengt; en brengt het al iets voort, dan verslinden het vreemden.
Hosea 8:7 Het Boek (HTB)
Zij hebben wind gezaaid en zullen storm oogsten. Hun korenhalmen dragen geen aren en het gewas levert dus geen meel op. Als er al iets wordt geoogst, eten vreemdelingen het op.
Hosea 8:7 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
Israël heeft wind gezaaid. Daardoor zal het storm oogsten. Er zal geen graan meer groeien. Het zaad dat ze zaaien zal geen meel opleveren. En als er al iets eetbaars uit groeit, zal dat door vreemdelingen worden opgegeten.