Ezra 3:8
Ezra 3:8 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
In het tweede jaar na hun aankomst bij het huis Gods te Jeruzalem, in de tweede maand, begonnen Zerubbabel, de zoon van Sealtiël, en Jesua, de zoon van Josadak, met hun overige broeders, de priesters en de Levieten, en allen die uit de gevangenschap naar Jeruzalem gekomen waren, de Levieten aan te stellen van twintig jaar en daarboven om toezicht te houden op het werk aan het huis des HEREN.
Ezra 3:8 Het Boek (HTB)
In de tweede maand van het tweede jaar na aankomst in Jeruzalem begon de bouw van de tempel. Alle ex-ballingen werkten mee. De leiding was in handen van Zerubbabel, de zoon van Sealthiël en Jesua, de zoon van Jozadak, en hun broers, de priesters en de Levieten. Zij stelden de Levieten van twintig jaar en ouder aan om toezicht te houden op de bouw van het huis van de HERE.
Ezra 3:8 BasisBijbel (BB)
In de tweede maand van het tweede jaar nadat ze bij de tempel van God in Jeruzalem waren aangekomen, begon iedereen die uit Babel was teruggekomen met de herbouw van de tempel. Zerubbabel en Jozua hadden samen met de priesters en de Levieten de leiding over het werk. Ze wezen een aantal Levieten van 20 jaar en ouder aan om toezicht te houden op het werk.
Ezra 3:8 Herziene Statenvertaling (HSV)
In het tweede jaar na hun komst naar het huis van God in Jeruzalem, in de tweede maand, begonnen Zerubbabel, de zoon van Sealthiël, en Jesua, de zoon van Jozadak, en de overigen van hun broeders, de priesters en de Levieten, en allen die uit de gevangenschap naar Jeruzalem waren gekomen met de bouw. Zij stelden de Levieten aan van twintig jaar en daarboven om toezicht te houden op het werk aan het huis van de HEERE.