Ezechiël 18:18-20
Ezechiël 18:18-20 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Zijn vader, dewijl hij met onderdrukking onderdrukt heeft, des broeders goed geroofd heeft, en gedaan heeft, dat niet goed was in het midden zijner volken; ziet daar, hij zal sterven in zijn ongerechtigheid. Maar gijlieden zegt: Waarom draagt de zoon niet de ongerechtigheid des vaders? Immers zal de zoon, die recht en gerechtigheid gedaan heeft, en al Mijn inzettingen onderhouden, en die gedaan heeft, gewisselijk leven. De ziel, die zondigt, die zal sterven; de zoon zal niet dragen de ongerechtigheid des vaders, en de vader zal niet dragen de ongerechtigheid des zoons; de gerechtigheid des rechtvaardigen zal op hem zijn, en de goddeloosheid des goddelozen zal op hem zijn.
Ezechiël 18:18-20 Herziene Statenvertaling (HSV)
Zijn vader – omdat hij zich aan afpersing schuldig gemaakt heeft, roofgoed van zijn broeder buitgemaakt heeft en te midden van zijn volksgenoten gedaan heeft wat niet goed was – zie, hij zal sterven vanwege zijn ongerechtigheid. Maar u zegt: Waarom draagt de zoon de ongerechtigheid van zijn vader niet? Wel, de zoon heeft recht en gerechtigheid gedaan: al Mijn verordeningen heeft hij in acht genomen en hij heeft ze gehouden. Hij zal zeker in leven blijven. De mens die zondigt, díe zal sterven. De zoon zal de ongerechtigheid van de vader niet dragen, en de vader zal de ongerechtigheid van de zoon niet dragen. De gerechtigheid van de rechtvaardige zal op hemzelf zijn, en de goddeloosheid van de goddeloze zal op hemzelf zijn.
Ezechiël 18:18-20 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Zijn vader, omdat hij zich aan afpersing schuldig gemaakt, zijn naaste beroofd en te midden van zijn volksgenoten gedaan heeft wat niet goed is, zie, die zal sterven om zijn ongerechtigheid. Maar gij zegt: Waarom draagt de zoon niet mede de ongerechtigheid van de vader? Die zoon heeft immers naar recht en gerechtigheid gehandeld; hij heeft al mijn inzettingen naarstig onderhouden; hij zal voorzeker leven. De ziel die zondigt, die zal sterven. Een zoon zal niet mede de ongerechtigheid van de vader dragen, en een vader zal niet mede de ongerechtigheid van de zoon dragen. De gerechtigheid van de rechtvaardige zal alleen rusten op hemzelf en de goddeloosheid van de goddeloze zal alleen rusten op hemzelf.
Ezechiël 18:18-20 Het Boek (HTB)
Maar zijn vader zal door zijn eigen zonden sterven, omdat hij wreed is, anderen besteelt en onrecht doet. “Wat?” zegt u, “moet een zoon niet voor zijn vaders zonden boeten?” Nee! Want als de zoon het goede doet en mijn wetten naleeft, zal hij zeker leven. Degene die zondigt, is degene die sterft. De zoon zal niet worden gestraft voor de zonden van zijn vader, noch de vader voor de zonden van zijn zoon. Een rechtvaardig mens zal worden beloond voor zijn rechtvaardigheid, maar een goddeloos mens zal voor zijn goddeloosheid worden gestraft.
Ezechiël 18:18-20 BasisBijbel (BB)
Maar zijn vader zal sterven. Want hij was een slecht mens en heeft anderen – zijn eigen volksgenoten nog wel! – slecht behandeld. Jullie vragen nu: 'Waarom wordt de zoon niet samen met zijn vader gestraft voor de slechte dingen die zijn vader heeft gedaan?' Hierom: de zoon heeft geleefd zoals Ik het wil. Hij heeft zich aan mijn wetten en leefregels gehouden. Daarom zal hij blijven leven. Maar iemand die ongehoorzaam aan Mij is, zal sterven. Een zoon zal niet gestraft worden voor de slechte dingen die zijn vader heeft gedaan. En een vader zal niet gestraft worden voor de slechte dingen die zijn zoon heeft gedaan. Ieder mens is verantwoordelijk voor wat hij zelf doet. Iedereen zal krijgen wat hij heeft verdiend.