Exodus 12:3,5-8
Exodus 12:3 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Spreekt tot de ganse vergadering van Israël, zeggende: Aan den tienden dezer maand neme een iegelijk een lam, naar de huizen der vaderen, een lam voor een huis.
Exodus 12:5-8 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Gij zult een volkomen lam hebben, een manneken, een jaar oud; van de schapen of van de geitenbokken zult gij het nemen. En gij zult het in bewaring hebben tot den veertienden dag dezer maand; en de ganse gemeente der vergadering van Israël zal het slachten tussen twee avonden. En zij zullen van het bloed nemen, en strijken het aan de beide zijposten, en aan den bovendorpel, aan de huizen, in welke zij het eten zullen. En zij zullen het vlees eten in denzelfden nacht, aan het vuur gebraden, met ongezuurde broden; zij zullen het met bittere saus eten.
Exodus 12:3 Herziene Statenvertaling (HSV)
Spreek tot heel de gemeenschap van Israël: Op de tiende dag van deze maand moet ieder voor zich een lam per familie nemen, een lam per gezin.
Exodus 12:5-8 Herziene Statenvertaling (HSV)
U moet een lam zonder enig gebrek hebben, een mannetje van een jaar oud. U moet het van de schapen of van de geiten nemen. U moet het in bewaring houden tot de veertiende dag van deze maand, en heel de verzamelde gemeenschap van Israël zal het slachten tegen het vallen van de avond. En zij zullen van het bloed nemen en het aan de beide deurposten strijken en aan de bovendorpel, aan de huizen waarin zij het eten zullen. Zij moeten het vlees dezelfde nacht nog eten; op vuur gebraden, met ongezuurde broden, en met bittere kruiden moeten zij het eten.
Exodus 12:3 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Spreekt tot de gehele vergadering van Israël als volgt: op de tiende van deze maand zal ieder voor zich een stuk kleinvee nemen, familiesgewijs, een stuk kleinvee per gezin.
Exodus 12:5-8 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Een gaaf, mannelijk, éénjarig stuk kleinvee moet gij nemen; gij kunt dit nemen van de schapen of van de geiten. En gij zult het bewaren tot de veertiende dag van deze maand; dan zal de gehele vergadering der gemeente van Israël het slachten in de avondschemering. Vervolgens zal men van het bloed nemen en dit strijken aan de beide deurposten en de bovendorpel, aan die huizen, waarin men het eet. Het vlees zullen zij dezelfde nacht eten; zij zullen het eten op het vuur gebraden, met ongezuurde broden, benevens bittere kruiden.
Exodus 12:3 Het Boek (HTB)
Vertel alle Israëlieten dat op de tiende dag van deze maand elk gezin een lam of een bokje moet nemen, elk gezin één.
Exodus 12:5-8 Het Boek (HTB)
Het mag geen enkel gebrek hebben en het moet mannelijk en een jaar oud zijn. Het mag ook een bokje zijn. Tegen de avond van de veertiende dag van de maand moeten alle Israëlieten de dieren slachten. Het bloed moeten ze strijken aan de posten van de voordeur van het huis waar zij eten. Die nacht moet iedereen geroosterd vlees eten, met ongezuurd brood en bittere kruiden.
Exodus 12:3 BasisBijbel (BB)
Zeg tegen het hele volk Israël: Op de tiende dag van deze maand moet iedereen een lam uit zijn kudde uitzoeken: één lam per gezin.
Exodus 12:5-8 BasisBijbel (BB)
Het moet een gezond mannetjes-dier zijn van één jaar oud. Het mag ook een geitje zijn van één jaar oud. Er mag helemaal niets mis mee zijn. Jullie moeten het bewaren tot de 14e dag van deze maand. Dan moeten alle Israëlieten die dieren slachten als het avond wordt. Daarna moeten jullie het bloed van de dieren aan de deurposten smeren, rond de deuren van de huizen waar jullie de dieren eten. Diezelfde nacht nog moeten jullie het vlees opeten. Eet het gebraden, met brood van deeg zonder gist, en met bittere kruiden.