Handelingen 3:3-6
Handelingen 3:3-6 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Welke, Petrus en Johannes ziende, als zij in den tempel zouden ingaan, bad, dat hij een aalmoes mocht ontvangen. En Petrus, sterk op hem ziende, met Johannes, zeide: Zie op ons. En hij hield de ogen op hen, verwachtende, dat hij iets van hen zou ontvangen. En Petrus zeide: Zilver en goud heb ik niet, maar hetgeen ik heb, dat geve ik u; in den Naam van Jezus Christus, den Nazaréner, sta op en wandel!
Handelingen 3:3-6 Herziene Statenvertaling (HSV)
Toen hij Petrus en Johannes zag op het moment dat zij de tempel zouden binnengaan, vroeg hij of hij een liefdegave mocht ontvangen. En Petrus keek hem met Johannes doordringend aan en zei: Kijk ons aan! En hij hield de ogen op hen gericht, omdat hij verwachtte iets van hen te ontvangen. Petrus zei echter: Zilver en goud heb ik niet, maar wat ik heb, dat geef ik u: in de Naam van Jezus Christus de Nazarener, sta op en ga lopen!
Handelingen 3:3-6 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Toen deze zag, dat Petrus en Johannes de tempel zouden binnengaan, verzocht hij om een aalmoes. En Petrus zag hem scherp aan, met Johannes, en zeide: Zie naar ons. En hij hield zijn blik op hen gevestigd in de verwachting iets van hen te ontvangen. Maar Petrus zeide: Zilver en goud bezit ik niet, maar wat ik heb geef ik u; in de naam van Jezus Christus, de Nazoreeër: Wandel!
Handelingen 3:3-6 Het Boek (HTB)
Toen Petrus en Johannes de tempel wilden binnengaan, vroeg hij hun om geld. Zij keken hem aandachtig aan en Petrus zei: ‘Kijk ons aan!’ De man keek hen aan in de verwachting iets van hen te krijgen. ‘Geld heb ik niet,’ zei Petrus, ‘maar wat ik heb, geef ik u. In de naam van Jezus Christus uit Nazareth, sta op en loop!’
Handelingen 3:3-6 BasisBijbel, de bijbel in makkelijk Nederlands (BB)
De man zag Petrus en Johannes toen zij de tempel binnen wilden gaan. Hij vroeg ook aan hen om een beetje geld. Petrus en Johannes keken hem goed aan, en Petrus zei: "Kijk ons aan." De man keek hen aan. Hij verwachtte dat ze hem iets zouden geven. Maar Petrus zei: "Zilver en goud heb ik niet. Maar wát ik heb, geef ik je. Ik zeg je in de naam van Jezus Christus uit Nazaret: Sta op en loop!"