1 Samuël 9:7
1 Samuël 9:7 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Toen zeide Saul tot zijn knecht: Maar als wij gaan, wat kunnen wij dan voor die man meebrengen? Het brood uit onze reiszakken is immers op, en een geschenk om aan de man Gods te brengen, hebben wij niet. Wat hebben wij?
Deel
1 Samuël 9 lezen1 Samuël 9:7 Het Boek (HTB)
‘Maar wij hebben niets bij ons waarmee we hem kunnen betalen,’ wierp Saul tegen. ‘Zelfs het brood is op, dus we kunnen hem helemaal niets geven.’
Deel
1 Samuël 9 lezen