1 Samuël 28:7-8
1 Samuël 28:7-8 Statenvertaling (Importantia edition) (STV)
Toen zeide Saul tot zijn knechten: Zoekt mij een vrouw, die een waarzeggenden geest heeft, dat ik tot haar ga, en door haar onderzoeke. Zijn knechten nu zeiden tot hem: Zie, te Endor is een vrouw, die een waarzeggenden geest heeft. En Saul verstelde zich, en trok andere klederen aan, en ging heen, en twee mannen met hem, en zij kwamen des nachts tot de vrouw, en hij zeide: Voorzeg mij toch door den waarzeggenden geest, en doe mij opkomen, dien ik tot u zeggen zal.
1 Samuël 28:7-8 Herziene Statenvertaling (HSV)
Toen zei Saul tegen zijn dienaren: Zoek een vrouw voor mij die geesten van doden kan bezweren, zodat ik naar haar toe kan gaan en door haar raad kan vragen. Zijn dienaren zeiden tegen hem: Zie, er is in Endor een vrouw die geesten van doden bezweert. Saul vermomde zich, trok andere kleren aan en ging op weg, en twee mannen met hem. Zij kwamen 's nachts bij de vrouw aan en hij zei: Voorzeg mij toch door de geest van een dode; roep voor mij op wie ik u zal zeggen.
1 Samuël 28:7-8 NBG-vertaling 1951 (NBG51)
Toen zeide Saul tot zijn dienaren: Zoekt mij een vrouw die geesten van doden kan bezweren; dan wil ik naar haar toe gaan en haar raadplegen. Zijn dienaren antwoordden hem: Zie, er is een vrouw die geesten van doden kan bezweren, in Endor. Toen vermomde Saul zich, hij trok andere klederen aan en ging met twee mannen op weg. Toen zij in de nacht bij die vrouw gekomen waren, zeide hij: Wil mij waarzeggen met behulp van de geest van een dode, en laat mij opkomen die ik u noemen zal.
1 Samuël 28:7-8 Het Boek (HTB)
Hij gaf zijn dienaren toen opdracht een waarzegster op te sporen, zodat hij haar kon vragen wat hij moest doen. Zij vonden een waarzegster bij Endor en Saul ging vermomd naar haar toe. Samen met twee van zijn mannen bezocht hij haar ʼs nachts. ‘Ik moet met een dode praten,’ vroeg hij. ‘Wilt u zijn geest oproepen?’
1 Samuël 28:7-8 BasisBijbel (BB)
Toen zei Saul tegen zijn dienaren: "Zoek voor mij een vrouw die met de geesten van doden kan spreken. Dan zal ik haar om raad gaan vragen." Zijn dienaren antwoordden hem: "Er is in Endor een vrouw die met de geesten van doden kan spreken." Toen vermomde Saul zich door gewone kleren aan te trekken en ging met twee mannen op weg. Ze kwamen 's nachts bij de vrouw aan. Hij zei: "Geef mij raad met de hulp van de geest van een dode. Ik wil dat je voor mij een geest oproept. Ik zal je zeggen van wie."