YouVersion Logo
Search Icon

Mattheüs 13:44, 45, 46, 47, 48, 49, 50, 51, 52, 53, 54, 55, 56, 57, 58

Mattheüs 13:44 HTB

Het Koninkrijk van de hemelen is net een schat die ergens in een stuk land ligt en door iemand wordt ontdekt. Die man stopt de schat vlug weer in de grond. Hij is zo blij dat hij alles wat hij heeft, verkoopt. Dan koopt hij het stuk land, met de schat erbij!

Mattheüs 13:45 HTB

Het Koninkrijk van de hemelen doet ook denken aan een koopman die op zoek is naar mooie parels.

Mattheüs 13:46 HTB

Ineens ontdekt hij er een van grote waarde. Hij verkoopt alles wat hij heeft en koopt die ene kostbare parel.

Mattheüs 13:47 HTB

Een ander voorbeeld van het Koninkrijk van de hemelen is een visser die zijn net in het water gooit. Er komen allerlei vissen in.

Mattheüs 13:48 HTB

Wanneer zijn net vol is, trekt hij het op de kant en gaat de vissen sorteren. De goede doet hij in de manden, de slechte gooit hij weg.

Mattheüs 13:49 HTB

Zo zal het ook gaan bij het einde van deze tijd. De engelen zullen komen om de slechte mensen van de goede te scheiden.

Mattheüs 13:50 HTB

En de slechten zullen in het vuur worden gegooid. Daar zal het een en al wroeging, tranen en verdriet zijn.

Mattheüs 13:51 HTB

Begrijpen jullie dit?’ ‘Ja,’ antwoordden zij.

Mattheüs 13:52 HTB

Hij ging verder en zei: ‘Iedere leraar van de Joodse godsdienst die een leerling van Mij wordt, heeft een dubbele schat: de oude schat van Mozes en de profeten én de nieuwe schat van Mij.’

Mattheüs 13:53 HTB

Na het vertellen van al deze gelijkenissen ging Jezus naar Nazareth

Mattheüs 13:54 HTB

de stad waar Hij was opgegroeid. Daar sprak Hij in de synagoge. Iedereen verbaasde zich over zijn wijsheid en de wonderen die Hij deed.

Mattheüs 13:55 HTB

‘Hoe is dit mogelijk?’ zeiden zij daar. ‘Hij is toch de zoon van onze timmerman! En we kennen allemaal zijn moeder Maria en zijn broers Jakobus, Jozef, Simon en Judas.

Mattheüs 13:56 HTB

Zijn zusters wonen hier ook. Wat verbeeldt Hij Zich wel?’

Mattheüs 13:57 HTB

Het was duidelijk dat zij niets met Hem te maken wilden hebben. Jezus zei tegen hen: ‘Een profeet wordt overal geëerd, behalve in zijn eigen stad en in zijn eigen familie.’

Mattheüs 13:58 HTB

Hij deed daar niet veel wonderen, omdat zij niet geloofden.