Psalm 139:7-13 HSV
Waar kan ik Uw Geest ontgaan,
waar Uw aangezicht ontvluchten?
Al steeg ik op naar de hemel, U bent daar;
of legde ik mij neer in de hel, zie, U bent daar.
Nam ik vleugels van de dageraad,
woonde ik aan het einde van de zee,
ook daar zou Uw hand mij leiden
en Uw rechterhand mij vasthouden.
Zei ik: Ja, duisternis zal mij opslokken! –
dan is de nacht een licht om mij heen.
Zelfs de duisternis maakt het voor U niet duister,
maar de nacht licht op als de dag,
de duisternis is als het licht.
Want Ú hebt mijn nieren geschapen,
mij in de schoot van mijn moeder geweven.
HSV: Herziene Statenvertaling